Erpetoichthys calabaricus – Wimpel aal
| Erpetoichthys calabaricus | |
| Werelddeel | Afrika |
| Regio/Vindplaats/Land | Nigeria, Kameroen |
| Synoniem/oude naam | Calamoichthys calabaricus |
| Nederlandse naam | Wimpel aal |
| Lengte man | 40 centimeter |
| Lengte vrouw | 40 centimeter |
| Voedsel natuur | Vis en grotere kreeft achtige |
| Voedsel aquarium | Alles eter |
| Geslachtsonderscheiding | Mannetjes hebben een grotere, haakvormige aarsvin, vrouwtjes een kleinere aantal vinstralen. (verschilt duidelijk.) |
| Verdediging | Onbekend |
| Broedgedrag | Waarschijnlijk eierleggend |
| Gedrag | Vreedzaam, zie aanvulling |
| Aanvulling | |
| Een dikke zand laag vinden ze fijn om in te kruipen en afdekruiten zijn geen overbodige luxe. (het zijn ontsnappingsexperts) De wimpel aal ziet erg slecht en gebruiken hun reuk orgaan om hun voedsel te vinden. De wimpel aal heeft longen i.p.v. kieuwen en moet dus regelmatig lucht happen hij kan dus verdrinken, jongen hebben uitwendige kieuwen net als salamanders. Let op kleine vissen kunnen als voer gezien worden. Dit is vaak ook een van de redenen dat ze gehouden worden en zo populier zijn ze houden het aantal jongen in toom. |
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!